Donderdag 28 april
Een totaal ander programma voor vandaag. Nadat we de voorgaande dagen eigenlijk alle vogelsoorten van het eiland gezien hadden, stond voor vanochtend een culturele excursie in de planning. De Kaapverden hebben welgeteld ėėn Unesco World Heritage Site in de aanbieding en gelukkigerwijs ligt die plek vlakbij Praia.
Een dertigtal geïnteresseerden had zich opgegeven en met twee bussen vertrokken we richting Ribeira Grande, ook wel bekend onder de naam Cidade Velha, de oude stad. Ribeira Grande was de plek waar de Portugezen in 1460 voor het eerst aan land kwamen in de toen nog onbewoonde Kaapverden. Waarschijnlijk kwamen ze tijdens het regenseizoen aan land, want vandaag is van de naam Kaapverden (Cabo Verde – Groene Kaap) niet veel te zien, het is er dor en droog.
Het stadje zelf werd na de eerste vestiging als tussenstop voor zeevaarders in de loop van de tijd belangrijk voor de slavenhandel. De Kaapverden worden vaak gezien als de draaischijf van de slavenhandel tussen Afrika en de Cariben, tienduizenden mensen zijn hier gepasseerd, weggeroofd uit hun thuisland en op weg naar een onwaardig bestaan in de suikerrietplantages in de Cariben.
Wat er nu overblijft is een enkel monument en een klein stadje dat herinnert aan een inktzwart verleden…
Vanaf de bergen zien we nog enkele aanvullingen op onze vogel – en zoogdierlijst van deze reis: Halsbandparkiet en Helmparelhoen (beiden geïntroduceerd) bij de vogels en enkele groepen Tuimelaars bij de zoogdieren laten zich zien, voordat de eerste groep gidsen van Inezia en Natuurpunt alvast naar de Plancius rijden om voorbereidingen te treffen.
De Kaapverdische douane is berucht om haar traagheid, zo bleek ook vandaag, want op het moment dat wij aankwamen bij het schip waren de passagiers die van het schip af gingen, nog steeds aan boord, wachtend op een onbelangrijk stempeltje in hun paspoort. Tegen de tijd dat dat geregeld was, kwamen de eerste bussen van de nieuwe reizigers al de kade oprijden, vol verwachting van wat er komen gaat.
Inmiddels is iedereen, inclusief de reizigers, de kapitein en zelfs de Kaapverdische douane klaar om ons te laten vertrekken. Iedereen, behalve de tankauto die het schip van brandstof voorziet. Er moeten enkele duizenden liters brandstof ingenomen worden, maar helaas is de grootste slang die voorradig is om dat te kunnen doen niet dikker dan de gemiddelde tuinslang.
We zullen moeten wachten tot het tanken afgelopen is voor we door kunnen, dus nemen we het deze middag er maar het beste van en volgen de voorstelrondes van de gidsen en de verplichte safety briefing. Daar hoeven de morgen dan alvast geen tijd meer aan te besteden. Die tijd kunnen we dan aan ons hoofddoel besteden: uitkijken over zee naar alles wat vliegt en zwemt!
Vanuit de haven van Praia op de Kaapverden, klaar om te vertrekken richting Madeira,
Pieter van der Luit
Vorige blogentry – volgende blogentry