De laatste landing van deze reis is bij het noordelijkste eiland van de Auckland groep, Enderby Island. We hebben zowaar de luxe van een zandstrand om op te landen, in plaats van de hier gebruikelijke rotskusten. Het zandstrand heet Sandy Bay en behalve ons schip ligt er ook een jacht dat door de BBC gecharterd is. Zij maken hier opnamen voor één van hun volgende natuurseries en blijven een tijdje op het eiland. Sir David Attenborough himself was er niet niet bij, maar de ruige good looks van Willem zullen ongetwijfeld niet uit de serie geknipt worden, afwachten dus wat daarvan gaat worden.
Voordat we de pakweg 100 meter van de zodiac tot de plek van waar we onze reddingsvesten moeten neerleggen hebben afgelegd, zijn we al meermalen op ietwat dreigende wijze benaderd door één van de tientallen New Zealand Sea Lions (ook wel bekend als Hooker’s Sea Lion) die op het strand liggen. Normaal gesproken dreigen ze enkel en doen ze niets, maar je slikt toch wel twee keer als je zo’n klomp vet van een paar honderd kilo grommend en met open bek vol scherpe tanden op je af ziet komen stormen.
Hoewel we toestemming hebben hier aan land te gaan, is die toestemming wel vrij beperkt. Er is een boardwalk die naar de andere kant van het eiland voert en daar mogen we op lopen. Aan de andere kant van het eiland mogen we dan ook nog een klein stukje van de boardwalk af, maar meer mag niet. Gelukkig voert de boardwalk door een prachtig stuk Rata-bos met broedende Yellow-eyed Penguins, zingende Bellbirds en fouragerende Tomtits (een combinatie van Koolmees en Grauwe Vliegenvanger, helemaal zwart-wit, maar met knaloranje voeten) en kom je dan op een plateau dat vol staat met bloeiende megaherbs. Deze megaherbs hebben de aparte wetenschappelijke soortnaam van Pleurophyllum, wat in de Nederlandse groep al gauw verwordt tot Pleur op Willem….
Midden tussen de gele bloemen broeden tientallen Southern Royal Albatrossen, een enkele Brown Skua en ook flink wat Double-banded Plovers. De laatste soort is een nogal afwijkende ondersoort van de soort die ook op het Zuidereiland broedt en bovendien op de nominatie staat gesplitst te worden in een aparte soort. Zaak dus om ook deze laatste soort te zien, maar dat blijkt geen probleem. Ook Subantarctic Snipe heeft hier een eigen ondersoort. Na de moeilijkheid om het dier op Campbell Island te zien, eerder deze week, bereiden we ons op het ergste voor, maar hier zijn ze een stuk algemener en minder schuw, we zien er al gauw een flink stel.
Het einde van de boardwalk is nogal abrupt. Misschien maar goed ook, want als je nog tien meter verder loopt volgt een loodrechte klif van een dikke 80 meter omlaag. Men heeft overigens wel een zeer geschikt bankje gemaakt waar Willem en ik een uur lang zitten op wat zeer waarschijnlijk de mooiste dag van het jaar hier is. We raken in de zon bijna de 20 graden, vrijwel zonder wind en met langsvliegende albatrossen, Auckland Island Shags, Noordelijke Reuzenstormvogels en New Zealand Pipits die over je schoenen heen komen lopen.
Ook dit idyllische tafereel komt aan een einde en inmiddels zijn we weer aan boord, op weg naar de laatste eilandengroep van dit deel van de reis: Snares Island (home of the Snares Crested Penguin).
Vanuit Enderby Island,
Pieter van der Luit
Zelf mee naar dit deel van de wereld in 2015? klik hier voor meer informatie.
Of liever een vogelcruise op het zuidelijk halfrond? Kijk dan naar de Atlantic Odyssey.